Ik heb deels thuisonderwijs gekregen, vanwege het beroep van mijn ouders. En ik denk dat het belangrijk is om onderscheid te maken tussen de verschillende vormen van thuisonderwijs, zoals hier al eerder gezegd is. Wij gebruikten 'reguliere' methodes en er was ook soort controleur/begeleider die 2x per jaar langs kwam om te kijken hoe het ervoor stond. Het was dus niet op levensbeschouwelijke gronde dat ik thuis onderwijs kreeg en de boeken waren hetzelfde als die op de burgerschool.
Ik vond het thuisonderwijs prettig. Ik ging in de wintermaanden wel naar een burgerschool en daar raakte ik gefrustreerd door het lage tempo en het constante rekening houden met- en aanpassen aan elkaar. Thuis kon ik op mijn eigen tempo werken. Mijn moeder bemoeide zich er ook helemaal niet mee, die zette me gewoon met het schema en de boeken aan de keukentafel en daarmee was ze klaar. Daardoor was ik meestal maar een uur per dag bezig met schoolwerk en kon ik de rest van de tijd lezen en tekenen en andere dingen doen (werken), terwijl we op school de HELE DAG bezig waren met het -voor mijn gevoel- uitsmeren van dingen die sneller konden. Ik vond school echt een hoop aankloten.
Ik denk wel eens dat thuisonderwijs, of het leren op de Rijdende School (wat ook gewoon het doorwerken van je individuele planning is, maar dan in met wat andere kermiskinderen in een busje) me tegengewerkt heeft. Want ik heb nooit geleerd om mezelf aan te passen aan het tempo en de programma's van school. Op de middelbare school was ik al zo onaangepast wat luisteren en stilzitten en concentreren betrof, dat ik mijn gymnasium niet heb afgemaakt, wat ik vreselijk zonde vond. Want ik ben leergierig en nieuwsgierig, maar loop er al mijn hele leven tegenaan dat ik niet geschikt ben voor het onderwijs. Of het onderwijs niet voor mij, dat zou ook nog kunnen.
Aanvulling:
Ik heb later de lerarenopleiding gedaan (met moeite, ik deed er 6 jaar over) en had gedacht dat ik iets zou doen met onderwijshervorming, of dat ik op een manier zou kunnen lesgeven die beter zou aansluiten bij kinderen die moeite hadden met de dingen waar ik ook moeite mee had, maar het is niet gelukt. Waar ik als kind tegenaan liep, liep ik als volwassen leraar ook tegenaan. Ik kon me niet houden aan het programma, ik was de hele tijd in strijd met de aansturing van directie, neventaken, te weinig eigen invloed hebben, te weinig aandacht kunnen geven aan de kinderen zelf etc. Echt jammer, maar ik moet toegeven dat het me helemaal niet gelukt is. Pas toen ik les ging geven in de gevangenis merkte ik dat ik wél leraar was, maar op een totaal andere manier.