Hurkend op de grond val jij nog net niet ter aarde van blijdschap je handen die grijpen naar de spijlen van de brug en je ogen kijken alsof ze nog nooit gezien hebben.
Ik hurk achter jou met mijn iets al dikke zwangerschapsbuik en stiekem leun je tegen mij aan. Vertrouwd, on verroerd. Ik ben in elk opzicht jou steunpilaar.
Auto’s, auto’s met aanhangers, bestelbusjes en vrachtwagens passeren ons, claxonneren omdat jij daar staat, verwonderend kijk je tussen de spijlen naar beneden. En daar zit jij muisstil te genieten van mensen met een bestemming, haast, haast die in onze maatschappij stiekem erin geslopen is. Wij hebben geen haast kind, ik volg jou tempo en ga met mijn hand door je krullen. Wat ben je prachtig als je daar zo zit met je eigen verwondering, je pure ik. Soms besef ik mij opeens dat jij niet de gene bent die het meest van mij zal gaan leren, maar dat ik het meest van jou ga leren. Hier. Nu. In de toekomst. Dit is zo’n moment.
Koester wat hoogstwaarschijnlijk normaal lijkt, geniet dan genieten wij samen. ❤️