Deel 3
Nog meer voorbereiding.
Om aan boord te mogen werken moet je eerst nog medisch gekeurd worden. Dan word je helemaal nagekeken of je gezond bent, of je ogen en oren het goed doen, of je flexibel genoeg bent. Dat was bij mij wel een puntje. Mijn rug was vrij stijf maar met de belofte de maanden dat ik nog niet aan boord zat wekelijks te gaan zwemmen werd ik toch goedgekeurd zonder beperking.
Al hebben we door de jaren heen wel gemerkt dat het per arts en situatie goed kan verschillen of je wel of geen goedkeuring krijgt. Sommige zijn flexibeler in wat ze toelaten dan anderen en of ze beperkingen opleggen.
Mijn broertje heeft wel de goedkeuring gehad maar wel met de beperking dat hij alleen op ons schip mag werken. De reden ga ik niet over uitweiden, laten we het houden op het gevolg van een ongeluk waardoor niet elk schip geschikt is voor hem.
Ben je kleurenblind kan het zijn dat je wel matroos mag worden maar later geen schipper (moet je weer gekeurd worden) omdat je dan mogelijk niet ziet welke lampen er branden.
Dienstboekje.
Als je van de arts de goedkeuring hebt gekregen kan je een dienstboekje aanvragen. Hierin wordt opgeschreven op welk schip je werkt, hoe lang, welke reizen, welke functie je hebt. Dit boekje is verplicht anders tel je niet mee als bemanning voor de politie. En het is het bewijs (waar flink mee gesjoemeld kan worden) dat je genoeg vaardagen hebt gemaakt om je functie te mogen laten veranderen of bepaalde examens doen.
1 keer per jaar moet het boekje afgestempeld worden. Dan wordt het gecontroleerd (het vaartijdenboek van de schipper of kopies daarvan moet je kunnen laten zien) en krijg je een stempel. Ben je te laat vervallen de dagen wat best vervelend kan zijn als je die nodig hebt om een examen te mogen aanvragen.
Als het nodig is kan je ook je functie laten wijzigen
- Deksman (zonder papieren of ervaring)
- Lichtmatroos (weinig ervaring of lerend)
- Matroos
- Volmatroos
- Stuurman
- Schipper
Begonnen met leren, dienstboekje is binnen… Ik kan naar boord!